Belanghebbende, X bv, verkoopt gebruikte (auto)materialen aan het Belgische Y BVBA. Y BVBA haalt de materialen op bij X bv. Omdat er sprake is van een ICL, brengt X bv geen btw in rekening. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur een btw-naheffingsaanslag op aan X bv. Volgens de inspecteur maakt X bv namelijk niet aannemelijk dat er sprake is van een ICL, zodat het nultarief niet kan worden toegepast. Ook is de inspecteur van mening dat niet is voldaan aan de voorwaarden die gelden voor een afhaaltransactie.
Hof Amsterdam oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat de materialen naar België zijn vervoerd. Het hof acht daarbij het Belgische btw-nummer van Y BVBA, noch het bankafschrift waaruit blijkt dat X bv een betaling uit België heeft ontvangen, van belang. Deze bescheiden geven namelijk geen uitsluitsel over de vervoersbeweging van de materialen. Ook verwerpt het hof het beroep van X bv op het besluit inzake afhaaltransacties. Volgens het hof is namelijk niet voldaan aan de voorwaarden die in het besluit worden gesteld. Niet alleen is er niet geleverd aan een ‘vaste afnemer', ook ontbreekt een afhaalverklaring. Het nultarief is niet van toepassing.