Belanghebbende, mevrouw X, exploiteert tot medio 2007 in vof-verband met haar echtgenoot een onderneming. In 2013 wordt een deel van het in 2006 geleden verlies voor € 6.024 verrekend met haar inkomen van 2004. Het inkomen van 2004 wordt daardoor nihil. Aangezien de verschuldigde inkomstenbelasting/premie volksverzekering reeds nihil was, verandert er in zoverre niets. De aan X toekomende heffingskortingen worden vervolgens herrekend, met als gevolg dat het reeds aan de partner van X uitgekeerde deel van de heffingskorting wordt teruggevorderd. X stelt dat het verlies over 2006 daarom moet worden verrekend met de positieve inkomens van de volgende jaren. Rechtbank Gelderland stelt de inspecteur echter in het gelijk.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat bij de totstandkoming van de Wet IB 2001 uitdrukkelijk aan de orde is geweest dat een toegekende heffingskorting wordt teruggenomen als het inkomen van dat jaar door verliesverrekening alsnog op nihil wordt gesteld. Anders dan X kennelijk voorstaat, hoeft een achterwaartse verliescompensatie ook niet steeds tot vermindering van de aanslag te leiden. X beroept zich ook vergeefs op het vertrouwensbeginsel. Aan de onjuiste mededeling van de inspecteur (citaat) "De verliesverrekening heeft gevolgen voor de aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over 2004. U krijgt hiervoor een aparte verminderingsbeschikking toegestuurd" kan X geen vertrouwen ontlenen. De mededeling is namelijk in algemene bewoordingen gesteld en er wordt ook geen bedrag genoemd. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 8.8
Wet inkomstenbelasting 2001 3.152
Wet inkomstenbelasting 2001 3.150
Wet inkomstenbelasting 2001 3.148
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 9 mei