Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de drukke bezigheden van X geen geldige reden zijn voor de termijnoverschrijding in de hoger beroepsfase. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).

Belanghebbende, X, stelt hoger beroep in tegen een uitspraak van Rechtbank Zeeland-West-Brabant van 27 november 2013. X heeft het hoger beroepschrift op 23 januari 2013, wat buiten de beroepstermijn is, bezorgd bij het Paleis van Justitie te 's-Hertogenbosch.

Hof 's-Hertogenbosch (MK I, 1 mei 2015, 14/00221, V-N 2015/34.25.2) oordeelt dat de drukke bezigheden van X geen geldige reden zijn voor de termijnoverschrijding in de hoger beroepsfase. De vele activiteiten bij de begeleiding van een derde met een psychiatrische aandoening en de daaruit voortvloeiende vermoeidheid met als gevolg een vergissing in de uiterste datum waarop het hoger beroepschrift moest zijn ingediend, vormen geen reden om te oordelen dat X redelijkerwijs niet in verzuim is geweest ten aanzien van het niet tijdig indienen van het hoger beroepschrift. Het hof verklaart het hoger beroep van X niet-ontvankelijk. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:7

Algemene wet bestuursrecht 6:11

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 25 september

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen