Hof Amsterdam oordeelt dat de heffingsambtenaar de WOZ-waarden 2015 en 2016 van de woning van X niet op een te hoog bedrag heeft vastgesteld. Onder verwijzing naar een eerdere uitspraak van 9 juli 2019 (nr. 19/00038, V-N Vandaag 2020/13) oordeelt het hof dat de heffingsambtenaar niet verplicht is om een voor 2019 toegepaste generieke korting van 2% ook toe te passen voor de jaren 2015 en 2016.

X is het niet eens met de WOZ-waarden 2015 en 2016 van zijn woning in de gemeente Amsterdam.

Hof Amsterdam oordeelt dat de heffingsambtenaar de WOZ-waarden 2015 en 2016 van de woning van X niet op een te hoog bedrag heeft vastgesteld. De heffingsambtenaar hoefde na twee hoorzittingen niet nog een derde, nadere hoorzitting te houden. Het hof acht de door de gemeente gehanteerde referentiewoningen geschikt en oordeelt dat de heffingsambtenaar terecht het buurpand van X niet als referentie heeft gebruikt nu dat een kantoorpand is. Onder verwijzing naar een eerdere uitspraak van 9 juli 2019 (nr. 19/00038, V-N Vandaag 2020/13) oordeelt het hof dat de heffingsambtenaar niet verplicht is om een voor 2019 toegepaste generieke korting van 2% ook toe te passen voor de jaren 2015 en 2016. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 7:9

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 8 juli

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen