De Hoge Raad oordeelt dat de koepelvrijstelling niet van toepassing is op de registratiediensten van X. Ook is de onderwijsvrijstelling niet van toepassing op de erkenningsdiensten, omdat de opleidingsinrichtingen geen onderwijsinstellingen zijn.

Federatieve vereniging X is in 1849 opgericht voor alle artsen en studenten geneeskunde in Nederland. Het doel van X is de geneeskunst in de ruimste zin te bevorderen. X verricht onder andere de volgende diensten: erkenning van opleiders, registratie in een opleidingsregister, (her)registratie in een profielregister en (her)registratie in een specialistenregister. X kent diverse soorten leden. Zo zijn er artsen die rechtstreeks lid zijn van X, en zijn er artsen die lid zijn van een federatiepartner van X (getrapte leden). In geschil is of een btw-vrijstelling van toepassing is op de diensten van X.

De Hoge Raad oordeelt dat de koepelvrijstelling niet van toepassing is op de registratiediensten van X. Volgens de Hoge Raad is namelijk niet voldaan aan alle cumulatieve voorwaarden die gelden voor deze vrijstelling. Zo wordt niet voldaan aan de voorwaarde dat ter zake van de aan de leden verleende diensten slechts terugbetaling van de leden wordt gevorderd van hun aandeel in de gezamenlijke uitgaven. Ook is de onderwijsvrijstelling niet van toepassing op de erkenningsdiensten, omdat de opleidingsinrichtingen geen onderwijsinstellingen zijn in de zin van art. 11 lid 1 onderdeel o Wet OB 1968. Er bestaat dan geen nauwe samenhang tussen de erkenningsdiensten en het door de opleidingsinrichtingen verzorgde onderwijs.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 11

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 15 juli

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen