Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de gemeente geen precariobelasting mag heffen voor voorwerpen die zich bevinden op grond waarvan zij niet de volledige eigendom heeft maar ‘slechts' een opstalrecht heeft. 

X is eigenaar van een woonboot die is gelegen boven grond die in eigendom is van de gemeente Leeuwarden. In geschil is of de gemeente hem terecht een aanslag precariobelasting heeft opgelegd.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de gemeente geen precariobelasting mag heffen voor voorwerpen die zich bevinden op grond waarvan zij niet de volledige eigendom heeft maar ‘slechts' een opstalrecht heeft. Gemeenten kunnen precariobelasting heffen ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Als de gemeente slechts het opstalrecht op de grond heeft, kan zij volgens de rechtbank geen precariobelasting heffen ter zake van voorwerpen die zich bevinden onder, op of boven deze grond. Nu heffing juridisch niet mogelijk is, kan de gemeente Leeuwarden dus niet het verwijt worden gemaakt, zoals X doet, dat zij in strijd met het gelijkheidsbeginsel handelt door geen precariobelasting te heffen bij ‘opstalgrond'. Verder oordeelt de rechtbank dat de vermelding ‘precario' in plaats van ‘precariobelasting' geen gevolgen heeft voor de rechtmatigheid van de aanslag. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 228

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 17 juni

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen