Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat geen recht op giftenaftrek ontstaat nu niet is voldaan aan de definitie van vrijwilliger zoals opgenomen in art. 2 lid 6 Wet LB. De vergoeding die belanghebbende kon ontvangen is hoger dan het wettelijke maximum.

Belanghebbende en zijn fiscale partner verrichten werkzaamheden voor een ANBI. Belanghebbende dient gezamenlijk met zijn fiscale partner een aangifte IB/PVV 2015 in met € 3000 aan aftrekbare giften voor het afzien van een vrijwilligersvergoeding. De inspecteur corrigeert de aftrek naar nihil. Belanghebbende gaat in beroep.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de correctie terecht is. Uit een verklaring van de ANBI blijkt dat belanghebbende en zijn fiscale partner een hogere vergoeding zouden kunnen ontvangen dan € 1500 per jaar. Hiermee voldoet belanghebbende niet aan de wettelijke definitie van vrijwilliger zoals opgenomen in art. 2 lid 6 Wet LB. Belanghebbende heeft derhalve geen recht op giftenaftrek. Het beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de loonbelasting 1964 2

Wet inkomstenbelasting 2001 6.36

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 24 april

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen