Belanghebbende, X, is een projectontwikkelaar. In 2007 verkoopt X twee kavels zonder de over deze leveringen verschuldigde omzetbelasting te voldoen. Als dit aan het licht komt bij een boekenonderzoek, heft de inspecteur de omzetbelasting na en legt hij een boete op van 50%. In geschil is deze boete die in bezwaar door de inspecteur wordt verminderd van € 16.086 naar € 4.800. Rechtbank Arnhem vermindert de boete naar € 4.560 wegens overschrijding van de redelijke termijn.
Hof Arnhem-Leeuwarden vernietigt de vergrijpboete omdat X zelf geen opzet of grove schuld kan worden verweten ter zake van het niet (tijdig) betalen van de omzetbelasting en neemt daarbij het volgende in aanmerking. Tegenover de verklaring van de directeur van X heeft de inspecteur niet aannemelijk gemaakt dat X zelf de aangifte heeft ingediend, zodat het hof er vanuit gaat dat de adviseur de aangifte heeft ingediend. Vervolgens oordeelt het hof dat X is tekortgeschoten in de samenwerking met haar adviseur. X wist dat de omzetbelasting moest worden voldaan, maar is ervan uitgegaan dat haar adviseur een regeling had getroffen op grond waarvan zij later kon betalen. Volgens het hof had X bij haar adviseur door moeten vragen naar deze regeling. Door dit na te laten, is X weliswaar onvoldoende actief opgetreden, maar dit levert voor X zelf nog geen grove schuld of (voorwaardelijke) opzet op. De boete komt te vervallen.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 13 september