Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat onder de woondelenvrijstelling niet vallen de ongebouwde kavels op het recreatieterrein van X bv.

X bv verschilt met de gemeente van mening over de hoogte van de WOZ-waarde en de OZB-aanslagen voor zijn recreatieterrein voor de jaren 2012 tot en met 2015.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat onder de woondelenvrijstelling niet vallen de ongebouwde kavels op het recreatieterrein van X bv. De kavels zijn weliswaar voorzien van aansluitingskabels voor elektriciteit en gas, maar er staat nog geen enkel bouwsel en dus ook geen onvoltooid bouwsel dat na voltooiing daarvan in hoofdzaak zal dienen tot woning. De kavels zijn om die reden geen woondelen. De rechtbank volgt de berekening van de woondelenvrijstelling en de WOZ-waarde zoals die door de gemeente in beroep worden verdedigd. Het beroep van X bv is wel gegrond. De heffingsambtenaar had in de bezwaarfase namelijk nog geen woondelenvrijstelling toegepast en hanteerde toen nog hogere WOZ-waarden.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Gemeentewet 220e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Midden-Nederland

4

Gerelateerde artikelen