X is het niet eens met een aanslag hondenbelasting die de gemeente Oss haar heeft opgelegd.
Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de vrijstellingen die de gemeente Oss in haar verordening hondenbelasting heeft opgenomen, niet in strijd zijn met art. 1 van de Grondwet of anderszins leiden tot een onredelijke of willekeurige belastingheffing. Drie vrijstellingen spreken volgens de rechtbank voor zich, namelijk die voor de (noodzakelijke) opvang van (zwerf)honden in een asiel (1.), van honden die worden gehouden om te worden verkocht (2.) en van honden die slechts tijdelijk binnen de gemeente verblijven en die niet worden gehouden door een ingezetene van de gemeente (3.). Verder zijn er vrijstellingen voor honden die (aantoonbaar) een andere (maatschappelijke) functie vervullen dan de hond die door een ingezetene wordt gehouden als gezelschapsdier of voor de bewaking van privé-terrein(en). De overige grieven van X verwerpt de rechtbank onder verwijzing naar HR 18 oktober 2013, nr. 13/01116, V-N 2013/53.23).
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Oost-Brabant
Editie: 18 maart