Hof Den Haag beslist dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij een gift aan een ANBI-moskeevereniging heeft gedaan. De giftenaftrek is terecht niet geaccepteerd.

Belanghebbende, X, voert in zijn aangifte ib/pvv 2015 een gift op aan een ANBI-moskeevereniging van € 2260. Ter onderbouwing van de gestelde gift overlegt X kwitanties en verklaringen van de moskeevereniging. Uit een bij de moskeevereniging ingesteld derdenonderzoek blijkt dat de gift van X niet voorkomt in de administratie van de contante ontvangsten. Onduidelijk is of, en zo ja, wanneer en op welke wijze betalingen van X zijn ontvangen en hoe die in de administratie van de moskeevereniging zijn verwerkt. De inspecteur weigert de aftrek. De rechtbank verklaart het beroep van X gegrond. Volgens de rechtbank heeft X met de door hem overgelegde verklaringen en kwitanties aannemelijk gemaakt dat hij in het jaar 2015 een totaal bedrag van € 2260 aan de moskeevereniging heeft geschonken. De inspecteur komt in hoger beroep.

Hof Den Haag beslist echter dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij € 2260 aan uitgaven heeft gedaan voor giften. Uit de ambtsedige verklaring van de belastingambtenaar blijkt dat de door X gedane giften niet voorkomen in de administratie van de contante ontvangsten de moskeevereniging. Ook nader steunbewijs in de vorm van schriftelijke bescheiden ontbreekt. Het hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.39

Wet inkomstenbelasting 2001 6.32

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 5 juni

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen