Rechtbank Overijssel oordeelt dat een groot drijvend zonnepark voor de Wet WOZ en de OZB geen onroerende zaak is. De WOZ-beschikking en OZB-aanslag zijn ten onrechte opgelegd.

X bv is eigenaar van een groot drijvend zonnepark in Zwolle. De heffingsambtenaar legt een WOZ-beschikking 2021 op met een WOZ-waarde van € 12.350.000 en een aanslag OZB. X bv betwist de aanslag en de WOZ-beschikking met het standpunt dat het zonnepark niet onroerend is.

Rechtbank Overijssel oordeelt dat een groot drijvend zonnepark voor de Wet WOZ en de OZB geen onroerende zaak is. Het zonnepark is blijkens zijn constructie bestemd om te drijven en doet dit feitelijk ook en is daarom te beschouwen als een schip in de zin van art. 8:1 BW. Of het zonnepark daadwerkelijk wordt gebruikt als verkeers- of vervoersmiddel dan wel in hoeverre het is bestemd om langere tijd ter plaatse te blijven, is niet relevant. De aanwezigheid van klapankers en kabels die ervoor zorgen dat het park met de waterstand mee beweegt en voorkomt dat het park afdrijft leveren geen duurzame vereniging met de grond op als bedoeld in art. 3:3 lid 1 BW. Er is ook geen verbinding met de oever op dusdanige wijze dat sprake is van duurzame vereniging met de grond. Conclusie is dat het zonnepark geen onroerende zaak is. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en vernietigt de WOZ-beschikking en OZB-aanslag.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Burgerlijk Wetboek Boek 8 8:1

Burgerlijk Wetboek Boek 3 3:3

Wet waardering onroerende zaken 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Overijssel

73

Gerelateerde artikelen