Rechtbank Zeeland-West-Brabant bepaalt dat er sprake is van een nieuw feit en de inspecteur terecht heeft nagevorderd over de door X genoten Nederlandse pensioenuitkeringen.

X is inwoner van België en kwalificeert in Nederland als een buitenlands belastingplichtige. X ontvangt vanuit Nederland een pensioenuitkering. De inspecteur heeft in 2018 schriftelijk verklaard dat geen inkomstenbelasting is verschuldigd over het pensioeninkomen. In België wordt het pensioeninkomen bij X niet regulier belast. Wanneer de inspecteur dit verneemt, besluit hij aan X navorderingsaanslagen op te leggen. X stelt dat de inspecteur reeds kon weten dat in België de pensioenuitkeringen niet regulier worden belast en stelt dat geen sprake is van een nieuw feit en dat derhalve de navorderingsaanslagen ten onrechte zijn opgelegd.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant bepaalt dat er sprake is van een nieuw feit en de inspecteur terecht heeft nagevorderd over de door X genoten Nederlandse pensioenuitkeringen. X maakt niet aannemelijk dat de inspecteur behoorde te weten op exact welke wijze de heffing in België over de pensioenuitkeringen verliep. Hij kon daardoor ook niet weten dat het heffingsrecht op basis van het verdrag was toegewezen aan Nederland.

Lees ook het thema Navordering

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Wet inkomstenbelasting 2001 7.2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 15 juli

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen