Belanghebbende, X, huurt een aantal afsluitbare kantoorruimten. In geschil is of deze kantoren zelfstandige WOZ-objecten vormen.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat een kantoorruimte zonder eigen toilet en pantry niet aangemerkt kan worden als een WOZ-object. Dergelijke kantoren zijn niet bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt in de zin van art. 16, aanhef en letter c Wet WOZ. De heffingsambtenaar stelt dat X als hoofdhuurder kan bepalen wie de vijfde en zesde verdieping van het pand huurt. Zolang deze verdiepingen leeg staan kan X de toiletten en pantry van deze verdiepingen gebruiken. Nog daargelaten dat X de leegstand heeft weersproken, kunnen deze stellingen van de heffingsambtenaar niets afdoen aan het oordeel van de rechtbank over de objectafbakening. De rechtbank vernietigt de WOZ-beschikkingen en de daarop gebaseerde aanslagen OZB.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 16 april