De meegefinancierde financieringskosten in verband met de eigen woning worden niet toegerekend aan de schuld voor financiering van die financieringskosten zelve. Daarmee worden ze niet voor een deel uitgezonderd als eigenwoningschuld. Dit volgt uit een standpunt van de Kennisgroep onroerende zaken.

De meegefinancierde financieringskosten in verband met de eigen woning worden niet toegerekend aan de schuld voor financiering van die financieringskosten zelve. Daarmee worden ze niet voor een deel uitgezonderd als eigenwoningschuld. Dit volgt uit een standpunt van de Kennisgroep onroerende zaken.

De regeling van art. 3.119a lid 2 onderdeel c Wet IB 2001 verstaat onder schulden die zijn aangegaan in verband met de eigen woning mede de schulden die zijn aangegaan ter betaling van de kosten ter verkrijging van de schulden, bedoeld in de onderdelen a en b. Dit wordt ook wel het meefinancieren van de financieringskosten genoemd. Volgens de kennisgroep moet de schuld die is aangegaan ter betaling van de kosten ter verkrijging van de schulden, bedoeld in de onderdelen a en b, niet daarnaast ook worden toegerekend aan onderdeel c, de schuld ter betaling van de financieringskosten zelve. In het geval de financieringskosten ook betrekking hebben op schulden die niet voldoen aan de vereisten van onderdelen a en b, is het voor de evenredigheidsbreuk zuiverder om van de noemer de schuld uit te zonderen voor zover deze betrekking heeft op financieringskosten. In het standpunt worden meerdere voorbeelden gegeven.

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.119a

[Nieuwsbron]

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 20 september

Informatiesoort: VN Vandaag

929

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen