Rechtbank Gelderland oordeelt dat de eigenwoningschuld € 1.510.000 bedraagt. De rechtbank wijst er hierbij op dat de lening van € 725.000 is aangegaan voor de oude eigen woning, en dus niet kan worden aangemerkt als een lening voor de nieuwe eigen woning.

Op de eigen woning van X rust een hypotheek van € 725.000. In 2009 verhuist X naar een nieuwe woning, waarvoor hij € 1.355.000 heeft betaald. De totale kosten van de nieuwe woning bedragen, na een verbouwing, € 2.235.000. Voor de nieuwe woning heeft X een lening bij de bank gesloten (€ 1,2 mln) en bij zijn bv (€ 310.000). In geschil is de hypotheekrenteaftrek in 2013. Volgens X bedraagt de eigenwoningschuld namelijk € 2.235.000.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de eigenwoningschuld € 1.510.000 bedraagt. De rechtbank wijst er hierbij op dat de lening van € 725.000 is aangegaan voor de oude eigen woning, en dus niet kan worden aangemerkt als een lening voor de nieuwe eigen woning. Dat X er uit administratieve en kostenoverwegingen voor heeft gekozen om voor een bedrag van € 725.000 geen nieuwe lening af te sluiten, komt voor zijn eigen rekening. Dat materieel eenzelfde situatie zou zijn ontstaan als X de oude lening had afgelost, en een nieuwe financiering van gelijke omvang was aangegaan voor de nieuwe woning, acht de rechtbank niet van belang.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.119a

Wet inkomstenbelasting 2001 3.111

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 8 december

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen