Rechtbank Noord-Holland beslist dat het nihil-tarief van de Zvw van toepassing is op X die als verzekeringsplichtige werkt aan boord van een zeeschip waarvan hij tevens eigenaar is.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een vissersschip. X vormt samen met andere deelvissers een maatschap waaraan hij het schip ter beschikking stelt. X is verzekeringsplichtig voor de Zvw. In zijn aangifte ib/pvv 2015 geeft X winst uit twee ondernemingen aan. Het betreft zijn aandeel in de maatschap en een negatief bedrag behaald met de eenmanszaak. Aan X wordt een aanslag inkomensafhankelijke bijdrage Zvw 2015 opgelegd naar een bijdrage-inkomen van € 41.484. Het inkomen vloeit volledig voort uit zijn werkzaamheden als deelvisser. X stelt echter recht te hebben op het 0%-tarief in de zin van art. 5.4 lid 3, onderdeel a, Regeling Zorgverzekering en komt in beroep.

Volgens Rechtbank Noord-Holland sluit de tekst van art. 5.4, lid 3 van de Regeling zorgverzekering niet uit dat het nihil-percentage toepassing kan vinden, indien de hoedanigheden van verzekeringsplichtige en scheepsbeheerder in één persoon zijn verenigd. Het nihil-percentage is van toepassing op alle verzekeringsplichtigen aan boord van een zeeschip. Daaraan doet niet af dat X in zijn hoedanigheid van deelvisser niet bij zichzelf als scheepsbeheerder vergoeding van kosten voor medische zorg juridisch kan afdwingen. Het beroep is gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Zorgverzekeringswet 45

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Editie: 11 januari

10

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen