Rechtbank Amsterdam vernietigt de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar vanwege schending van de hoorplicht. De rechtbank laat de rechtsgevolgen van de uitspraak op bezwaar in stand omdat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld.

Belanghebbende, X, is het niet eens met de WOZ-waarde 2017 van zijn woning. De heffingsambtenaar verklaart het bezwaar gegrond en verlaagt de waarde van € 210.000 naar € 181.000. Belanghebbende komt in beroep.

Rechtbank Amsterdam vernietigt de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar vanwege schending van de hoorplicht. De heffingsambtenaar heeft op zitting de schending van de hoorplicht erkend. De rechtbank laat de rechtsgevolgen van de uitspraak op bezwaar echter in stand omdat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld. Daarbij oordeelt de rechtbank dat de parkeeroverlast van de nabijgelegen school niet waardedrukkend is. Die overlast treedt alleen ’s ochtends en ’s middags op en is telkens van korte duur. Geluidsoverlast van kinderen en eventueel van hangjongeren is wel waardedrukkend, maar hier heeft de heffingsambtenaar volgens de rechtbank al voldoende rekening mee gehouden. Verder oordeelt de rechtbank dat X geen belang heeft bij zijn beroepsgrond over de erfpachtcorrectie.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Algemene wet bestuursrecht 7:2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Amsterdam

Editie: 11 januari

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen