De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat heeft de Tweede Kamer, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, de nota naar aanleiding van het verslag inzake het wetsvoorstel terugvordering staatssteun aangeboden.
Nederland is in het laatste decennium (oktober 2007 – oktober 2017) tweemaal geconfronteerd geweest met een besluit van de Europese Commissie tot terugvordering van staatssteun. In het voorlaatste decennium (oktober 1997 – oktober 2007) is dat negen keer het geval geweest. Omdat er geen sprake is van schorsende werking van een tegen het Commissiebesluit ingesteld beroep, bestaat er de verplichting om het bedrag aan steun terug te betalen, ook al is het Commissiebesluit nog niet onherroepelijk. In het geval van bijvoorbeeld Starbucks heeft Starbucks de steun daarom conform het Commissiebesluit terugbetaald, al zijn de juridische procedures bij het Gerecht nog niet afgerond.
Dit wetsvoorstel heeft de strekking om in het nationale recht expliciete voorzieningen op te nemen om beter te kunnen voldoen aan een Commissiebesluit tot terugvordering. Het heeft tot doel het wegnemen van (wettelijke) belemmeringen betreffende de terugvordering van staatssteun.
Staatssteun die voortvloeit uit de toepassing van een belastingwet wordt teruggevorderd als belasting. Daar waar niet expliciet wordt afgeweken, blijven alle bepalingen van de Algemene wet inzake rijksbelastingen voor alle andere doeleinden dan de terugvordering van staatssteun onverkort gelden.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Europees belastingrecht
Regelgevende instantie: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Editie: 13 december