X geniet een NWW-uitkering. In 2008 wordt door het UWV een bedrag van € 7571 teruggevorderd en vereffend. In verband met de terugvordering geeft X in zijn IB-aangifte 2008 een negatief loon van 7571 aan. In 2009 maakt het UWV deze terugvordering ongedaan tot een bedrag van € 6061. X houdt hiermee geen rekening in zijn IB-aangifte 2009. De inspecteur corrigeert de aangifte daarom met het bedrag van € 6061. X is het hier niet mee eens. Hij stelt dat hij het bedrag van € 6061 niet heeft genoten.
Hof Amsterdam oordeelt dat X in 2009, door ongedaanmaking van de terugvordering van de uitkering in 2009, loon heeft genoten. Het hof wijst er hierbij op dat X, achteraf bezien, in 2008 ten onrechte negatief loon in aanmerking heeft genomen. De inspecteur heeft het bedrag van € 6061 dan ook terecht in 2009 in de IB-heffing betrokken. De aanslag blijft in stand.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.81
Wet op de loonbelasting 1964 13a