De Staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer twee mogelijke oplossingsrichtingen op het gebied van het pensioen in eigen beheer (PEB) uitgewerkt. Het gaat om de oudedagsbestemmingsreserve (OBR), een fiscale reserve in eigen beheer voor de oude dag en om oudedagssparen in eigen beheer, een variant op de beschikbarepremieregeling met een vast oprentingspercentage.

Brief Staatssecretaris van Financiën, 1 juli 2015, nr. DB/2015/106U  

Beide oplossingsrichtingen zijn getoetst aan eerder geformuleerde uitgangspunten en randvoorwaarden (V-N 2014/30.12).De staatssecretaris spreekt zijn voorkeur uit voor oudedagssparen. Deze variant zou meer knelpunten oplossen en minder nieuwe problemen opleveren dan de OBR. De staatssecretaris noemt de commerciële en fiscale waardering, de dividenduitkeringstoets, heffings- en invorderingsrisico's voor de fiscus (ook internationaal), de positie van de partner en die van een minderheidsaandeelhouder. Wiebes noemt overigens nog een derde alternatief: uitfasering van PEB die wordt begeleid door een aantrekkelijke overgangsregeling. Hij laat het aan de Kamer of deze prijs stelt op een nadere uitwerking hiervan. Ook gaat hij het gesprek aan over het eventuele moment van invoering van een alternatief voor de bestaande regeling van PEB. Eerder ging hij nog uit van invoering per 1 januari 2016.  

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting, Vennootschapsbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 6 juli

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen