Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen de WOZ-waarde 2014 van zijn onroerende zaak. Bij uitspraak op bezwaar verlaagt de heffingsambtenaar de WOZ-waarde conform de door X verdedigde waarde. In beroep bepleit X een nog lagere waarde.
Hof Den Haag oordeelt dat een belanghebbende die in bezwaar volledig in het gelijk is gesteld in het materiële geschil toch procesbelang kan hebben bij een beroepsprocedure over dit onderdeel. Het hof oordeelt dat partijen in beroep en/of hoger beroep hun grieven kunnen bijstellen. Daaraan doet niet af dat de heffingsambtenaar al volledig is tegemoetgekomen aan een eerder door X ingenomen standpunt. X heeft in de bezwaarfase geen rechten prijsgegeven noch heeft hij een vaststellingsovereenkomst gesloten over de waarde. Van misbruik van procesrecht is geen sprake, zodat het beroep van X ontvankelijk is. Het hof volgt de door X bepleite WOZ-waarde van € 126.000.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 1:2
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Den Haag
Editie: 13 juli