Brief Staatssecretaris van Financiën van 3 maart 2015, nr. IZV-2015-119 U
De Staatssecretaris van Financiën heeft geantwoord op vragen van het Tweede Kamerlid Groot over het effect op kleine ondernemers van de Europese BTW-regels voor elektronische diensten die op 1 januari 2015 van kracht zijn geworden. Per 1 januari 2015 is de plaats van dienstregel gewijzigd voor telecommunicatiediensten, omroepdiensten en elektronische diensten die worden geleverd aan particulieren in een andere lidstaat. Vanaf 1 januari 2015 nl., wordt de btw over bedoelde diensten geheven op de plaats waar die afnemende consument woont. Hiermee wordt aangesloten bij het uitgangspunt van de btw dat wordt geheven daar waar de consumptie plaatsvindt. Voor de desbetreffende bedrijven resulteert dat in een toename van de administratieve lasten.
De staatssecretaris stelt dat hem vanuit de uitvoering geen directe signalen hebben bereikt dat er ondernemers zijn die vanwege de nieuwe regels hun activiteiten staken of die geen diensten meer binnen de EU verrichten. Wel heeft hij in januari 2015 van de ondernemingsorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland een brief ontvangen waarin wordt vermeld dat uit hun ledenkring het signaal komt dat de wijzigingen als problematisch worden ervaren. Ook wordt in die brief vermeld dat van kleine ondernemers is vernomen dat de extra rompslomp en kosten zelfs reden zou zijn om het aanbieden van grensoverschrijdende diensten te staken. De staatssecretaris is bereid om met de betrokken partijen te overleggen over de door hen gesignaleerde problemen. Hij is graag bereid om behulpzaam te zijn bij het nog toegankelijker maken van de informatie. Hij heeft echter geen beleidsruimte om de regels op nationaal niveau aan te passen. Aanpassing is alleen mogelijk in Europees verband. Het betreft immers regelgeving die is vastgelegd in een BTW-richtlijn en een aantal uitvoerings- en commissieverordeningen.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 6 maart