Rechtbank Gelderland oordeelt zonder zitting dat de BPM-heffing evenredig is aan de duur van het gebruik van de weg en dus volgens vaste jurisprudentie niet in strijd is met het EU-recht. Vanwege de zeer forse overschrijding van de redelijke termijn in de bezwaarfase krijgt X bv wel een immateriële schadevergoeding van € 5000.

Hof Den Haag oordeelt in hoger beroep dat mevrouw X in aanmerking komt voor de aftrek van de dieetkosten. De inspecteur beroept zich vergeefs op interne compensatie met betrekking tot de eigen CAK-bijdrage. Over de aftrekbaarheid van die bijdrage was namelijk vooraf uitvoerig gecorrespondeerd.

Advocaat-generaal Wattel stelt vast dat uit de toelichting bij de VSO blijkt dat bij de schuldwaardering de waarderingsregels in de financiële sector als uitgangspunt zijn genomen. De uitleg van het hof van de VSO is dan ook niet onbegrijpelijk.

Staatssecretaris Snel van Financiën roept de Tweede Kamer op vast te houden aan de schriftelijke behandeling van het Belastingplan 2019. Hij begrijpt de wens van de Kamer te spreken over het aanhouden van het wetsvoorstel Wet bronbelasting 2020.

Hof Arnhem-Leeuwarden is met de rechtbank van oordeel dat de inspecteur terecht twee informatiebeschikkingen aan X heeft opgelegd. Het hof handhaaft beide informatiebeschikkingen maar gunt X,in tegenstelling tot de rechtbank, wel een nieuwe termijn van zes weken om alsnog de door de inspecteur gestelde vragen te beantwoorden. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur de bezwaren van X bv tegen de aangiften kansspelbelasting waarvan de bedragen niet op aangiften zijn voldaan, terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat Rijnvarende X is gebonden aan de door de SVB afgegeven A1-verklaring, ook al staat deze nog niet onherroepelijk vast. X heeft geen recht op PVV-vrijstelling over de periode mei-december 2016. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Het premiepercentage voor de algemene ouderdomsverzekering wordt voor het jaar 2025 gehandhaafd op 17,90%. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de Regeling tot vaststelling premiepercentages werknemers- en volksverzekeringen, maximumpremieloon werknemersverzekeringen en opslag kinderopvangtoeslag 2025 vastgesteld.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt onder verwijzing naar HR 22 maart 2024 (V-N 2024/15.8) dat voor een buitenlands belastingplichtige bij de berekening van de arbeidskorting en het premiedeel van de algemene heffingskorting moet worden uitgegaan van het in Nederland belastbare inkomen uit werk en woning.

Een Roemeens uitzendbureau dat ook actief is in Nederland, moet zijn activiteiten staken. Het bedrijf had niet de vereiste vergunning in Roemenië en betaalde de verplichte sociale premies niet correct voor zijn personeel in Nederland. Dat meldt de Arbeidsinspectie.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X geen recht heeft op vrijstelling van premie volksverzekeringen voor 2017, ondanks zijn werkzaamheden in Liechtenstein. De A1-verklaring van de SVB is leidend en de in Liechtenstein betaalde premies kunnen niet worden verrekend.