Belanghebbende, X, is eigenaar van een woning die hij gedeeltelijk zelf bewoont en gedeeltelijk verhuurt. X stelt dat de regelgeving rond de verhuur van een deel van de woning onverbindend moet worden verklaard wegens strijd met het rechtszekerheidsbeginsel.
Hof ’s-Hertogenbosch verwerpt het standpunt van X dat de regelgeving rond de verhuur van een deel van de eigen woning onverbindend moet worden verklaard wegens strijd met het rechtszekerheidsbeginsel. Het is niet aan het hof om een oordeel te geven over de innerlijke waarde of billijkheid van de wet (art. 11 Wet AB). Onder verwijzing naar eerdere jurisprudentie oordeelt het hof dat zowel op het niveau van de regeling als in het specifieke geval van X geen sprake is van strijd met art. 1 Eerste Protocol bij het EVRM. Het hoger beroep van X is wel gegrond omdat de inspecteur heeft erkend dat de rendementsgrondslag in box 3 moet worden verminderd met € 12.000.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 26 november