Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de stijgende huizenprijzen niet leiden tot een willekeurige en onredelijke heffing van OZB die de formele wetgever niet op het oog kan hebben gehad.

X is het niet eens met zijn OZB-aanslagen 2020. X stelt dat de OZB-verordening 2020 van de gemeente Hilversum onverbindend is. De stijgende huizenprijzen leiden volgens hem tot een willekeurige en onredelijke heffing van OZB die de formele wetgever in Den Haag niet op het oog kan hebben gehad.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de stijgende huizenprijzen niet leiden tot een willekeurige en onredelijke heffing van OZB die de formele wetgever niet op het oog kan hebben gehad. Het OZB-tarief noch de hoogte van de OZB-aanslag leiden tot een onredelijke of willekeurige belastingheffing. Dit wordt niet anders wanneer wordt vergeleken met tarieven in eerdere of latere verordeningen of de hoogte van de OZB-aanslagen die op grond van deze verordeningen zijn opgelegd. De stelling van X dat de stijging van de huizenprijzen direct leidt tot evenredig hogere aanslagen OZB is niet juist, nu de hoogte van de aanslag mede wordt bepaald door het tarief. Zo is bij een stijging van de WOZ-waarde van 50,9% de OZB-aanslag met ‘slechts’ 33,1% gestegen. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 220

Gemeentewet 219

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 15 juni

8

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen