De heer X woont in Nederland en beschikt over een vakantieverblijf in Spanje. Op 3 maart 2010 is geconstateerd dat X hier met een personenauto met Spaans kenteken gebruik maakt van de openbare weg. De auto is zijn eigendom. X is autohandelaar van beroep en heeft vóór 3 maart 2010 diverse buitenlandse auto's ingevoerd en daarvoor BPM-aangifte gedaan. In geschil is of terecht een BPM-naheffingsaanslag van € 2012 en een 50% vergrijpboete is opgelegd. Rechtbank Gelderland oordeelt dat 'gebruik van de weg' van art. 12b Wet BPM 1992 naar EU-recht uitgelegd moet worden als '(beoogd) duurzaam gebruik' en dat de inspecteur hiertoe de bewijslast draagt. Het is voldoende dat is komen vast te staan dat X in Nederland woont, hier een bedrijf heeft en dus regelmatig in Nederland is, terwijl over de beschikbaarheid van een in Nederland geregistreerde auto niets bekend is. X heeft deze feiten niet betwist en heeft steeds wisselende verklaringen gegeven voor het geconstateerde gebruik. Er is wel aanleiding om de afschrijvingstabel van juli 2012 toe te passen (zie HR 2 maart 2012, nr. 11/00785, V-N 2012/14.19). De aanslag wordt aldus verminderd tot € 1.838. De boete van 50% is terecht, doch wordt € 781 na matiging met 15% vanwege de overschrijding van de redelijke termijn. X krijgt ook een immateriële schadevergoeding van € 1500 wegens immateriële schade.
Wetsartikelen:
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 12b
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 1
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 5 juni