De heer X is autohandelaar. In zijn handelsvoorraad is vanaf juni 2014 een kampeerauto opgenomen. Op 5 juni 2015 en 6 juni 2015 is door een politiecamera geconstateerd dat met de auto zonder handelaarskentekenplaten gebruik is gemaakt van de openbare weg. In geschil zijn de naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting over de tijdvakken van 6 juni 2014 tot en met 5 juni 2015 en 7 juni 2014 tot en met 6 juni 2015, alsmede de twee 100% verzuimboetes van elk € 425. Volgens X zaten de handelaarskentekenplaten achter de voor- en achterruit van de auto. Hij wist niet dat ze over de originele platen heen moesten worden bevestigd.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat de naheffing terecht is omdat de handelaarskentekenplaten niet op de daarvoor bestemde plaats op de auto voertuig waren bevestigd. Deze verplichting volgt uit het bepaalde in de ‘Informatiemap voor de voertuigbranche' van de RDW. Aangezien het handelaarskenteken in de plaats treedt van het originele kenteken moeten de handelaarskentekenplaten worden aangebracht op de plaats van de originele kentekenplaten. Het maakt ook niet uit dat over vrijwel hetzelfde tijdvak twee naheffingsaanslagen en boetes zijn opgelegd (zie HR 19 december 2014, nr. 13/03336, V-N 2015/2.21). De inspecteur mag voorts gebruik maken van camerabeelden die afkomstig zijn van de politie. Dit blijkt uit de uitspraken van Hof Den Haag (13 november 2015, nr. 14/00360, V-N 2016/3.2.1) en Hof 's-Hertogenbosch (27 maart 2015, nr. 13/00800, V-N 2014/30.18.5). Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 69
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 37
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 70
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 17 oktober