Het Hof van Justitie EU oordeelt dat een in een lidstaat verhuurd onroerend goed geen v.i. vormt wanneer de eigenaar van dat onroerend goed niet over eigen personeel beschikt om de dienst in verband met de verhuur te verrichten.

Titanium Ltd. is gevestigd op Jersey en beheert vastgoed. Via een tussenpersoon, een Oostenrijkse vastgoedbeheerder, verhuurt Titanium onroerend goed in Wenen aan twee Oostenrijkse ondernemers. Hierbij brengt Titanium BTW in rekening. Volgens de Oostenrijkse Belastingdienst beschikt Titanium met het verhuurde onroerend goed namelijk over een v.i. in Oostenrijk en is zij BTW verschuldigd voor de verhuur. Titanium is het hier niet mee eens, omdat zij in haar ogen niet over een v.i. in Oostenrijk beschikt. De Oostenrijkse rechter stelt een prejudiciële vraag in deze zaak.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat een in een lidstaat verhuurd onroerend goed geen v.i. vormt wanneer de eigenaar van dat onroerend goed niet over eigen personeel beschikt om de dienst in verband met de verhuur te verrichten. Uit de jurisprudentie volgt namelijk dat, om van een v.i. te kunnen spreken, sprake moet zijn van een voldoende mate van duurzaamheid en een geschikte structuur om een zelfstandige verrichting van de betrokken diensten mogelijk te maken. Een structuur die niet over eigen personeel beschikt, kan niet onder het begrip v.i. vallen.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Editie: 4 juni

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen