Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat verliezen die niet bij beschikking zijn vastgesteld niet kunnen worden verrekend. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Belanghebbende ontvangt een aanslag IB/PVV 2015 met een inkomen van € 37.161. In 2009 is de eenmanszaak van belanghebbende gefailleerd. In 2016 verzoekt belanghebbende de inspecteur over de jaren 2008 tot en met 2010 alsnog bij beschikking verliezen vast te stellen. De inspecteur weigert dit omdat de termijn van 5 jaar is overschreden. Belanghebbende is van mening dat deze verliezen alsnog verrekend dienen te worden met het inkomen van 2015. De inspecteur weigert de verliesverrekening. De rechtbank verklaart het beroep van belanghebbende ongegrond. Belanghebbende gaat in hoger beroep.
Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2019/40.1.1) oordeelt dat verliesverrekening slechts kan plaatsvinden voor zover verliezen bij beschikking zijn vastgesteld. Of het verzoek van belanghebbende in 2016 terecht is afgewezen kan niet in deze procedure worden behandeld omdat het geen betrekking heeft op de voor 2015 opgelegde aanslag. Verder wijst het hof belanghebbende erop dat het door een curator onder de handelswaarde verkopen van voorraad niet tot een fiscaal verlies leidt. Het hoger beroep is ongegrond.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.153
Wet inkomstenbelasting 2001 3.151
Wet inkomstenbelasting 2001 3.150