Brief Staatsecretaris van Financiën van 17 juni 2015, nr. IZV/2015/509U
Verruiming van de btw-sportvrijstelling is op termijn onvermijdelijk. Dat deelt de Staatssecretaris van Financiën de Tweede Kamer mee. Hij stelt dat hij daartoe gedwongen wordt door de Europese btw-richtlijn en de daarbij behorende jurisprudentie. Zo mogen EU-lidstaten op grond van het arrest van het HvJ EU van 19 december 2013 (V-N 2014/6.10) geen onderscheid maken tussen prestaties aan leden en niet leden. Verder merkt het HvJ EU de terbeschikkingstelling van een sportterrein aan als prestatie die onontbeerlijk is voor de sportbeoefening. Op deze prestatie zou de btw-sportvrijstelling van toepassing moeten zijn.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 19 juni