Rechtbank Zeeland-West Brabant oordeelt dat de inspecteur door middel van vermogensvergelijkingen aannemelijk maakt dat X in 2008 in Nederland heeft gehandeld in goederen. De forse naheffingsaanslag wordt wat naar beneden toe bijgesteld. De vergrijpboete van 50% blijft in stand.

Belanghebbende, X, dient in 2008 nihilaangiften voor de btw in. X leeft op grote voet maar bij de belastingdienst zijn geen noemenswaardige inkomsten bekend. Bij een inval in 2009 in de woning van X treft de politie daar onder andere ruim € 186.000 aan contant geld aan, een Mercedes, een Ferrari en een Hummer. Uit verder financieel onderzoek blijkt dat X en zijn partner beschikken over een flink vermogen. Naar aanleiding van de bevindingen in het kader van het strafrechtelijk onderzoek en de daarop gevolgde veroordelingen van X en zijn partner, stelt de inspecteur dat X belastbare omzet heeft verzwegen. Met behulp van vermogensvergelijkingen berekent de inspecteur de belastbare omzet vast op ruim € 680.000 en legt hij X een naheffingsaanslag btw over het tijdvak 2008 op van ruim € 108.000 plus een vergrijpboete. X gaat daartegen in beroep.

Rechtbank Zeeland-West Brabant oordeelt dat X niet correct aan zijn aangifteverplichtingen heeft voldaan en dat het verzuim van voldoende gewicht is om daaraan de sanctie van omkering en verzwaring van de bewijslast te verbinden. De verschuldigde omzet is becijferd op basis van een nieuwe, verbeterde vermogensvergelijking uitgaande van een negatieve kast van ruim € 650.000 ofwel ruim € 104.00 omzetbelasting. Het bedrag is naar het oordeel van de rechtbank redelijk geschat. V.w.b. de vergrijpboete overweegt de rechtbank dat X de omzet willens en wetens heeft verzwegen zodat de inspecteur is geslaagd in het van hem verlangde bewijs dat het aan opzet van X is te wijten dat er te weinig belasting is geheven. De rechtbank baseert zich daarbij onder meer op de negatieve vermogensvergelijking, de eigen verklaringen van X over de handel die hij dreef en de strafrechtelijke veroordeling wegens witwassen. De rechtbank acht de opgelegde boete van ruim € 52.000 passend en geboden voor het vergrijp dat is begaan. Het beroep van X is op onderdelen gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 1

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 16 juli

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen