Het verzoek is om de behandeling van de proefprocedures (en de eventuele individuele procedures) waarin de toepassing artikel 32 bd, lid 1 Wet op de loonbelasting 1964 aan de orde wordt gesteld, aan te houden totdat de proefprocedures waarin nu hoger beroep bij het Gerechtshof Amsterdam loopt, ook aan de Hoge Raad zijn voorgelegd.
Bron: SRA
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Loonbelasting, Kantoren