Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de heffingsambtenaar het aantal vervuilingseenheden van het activiteitencomplex van X op de juiste wijze heeft geschat.

X exploiteert een activiteitencomplex met diverse fitnessruimten en spreekkamers met douches voor sporters, een zwembad met douches voor zwemgasten en een loungeruimte met bar. De heffingsambtenaar van Belastingsamenwerking West-Brabant legt aan X een aanslag zuiveringsheffing bedrijfsruimten op naar (na bezwaar) 15,2 vervuilingseenheden.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de heffingsambtenaar het aantal vervuilingseenheden van het activiteitencomplex van X op de juiste wijze heeft geschat. De stelling van X dat deze schatting de werkelijkheid niet benadert kan haar niet helpen, omdat voor de vaststelling van de werkelijkheid X gedurende 24 uur per dag 365 dagen van het jaar had moeten meten, bemonsteren en analyseren. Dit heeft zij niet gedaan. Het hof sluit zich aan bij het oordeel van de rechtbank dat het bedrijf van X meer omvat dan alleen een zwembad en er ook buiten het zwembad afvalwater wordt geproduceerd. De heffingsambtenaar heeft in de uitspraak op bezwaar nog wel rekening gehouden met de verschillende vervuilingswaarden van het bedrijf van X door drie verschillende vervuilingseenheden per kuub ingenomen water te gebruiken (in plaats van enkel de vervuilingswaarde die hoort bij de restcategorie). De aanslag is zeker niet te hoog vastgesteld.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Waterschapswet 122k

Waterschapswet 122d

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 28 november

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen