Hof Arnhem-Leeuwarden beslist dat de inspecteur de omzet van een autorijschoolhouder met een gebrekkige administratie, aan de hand van theoretische omzetberekeningen redelijk geschat heeft.

X exploiteert een autorijschool. Naar aanleiding van een boekenonderzoek neemt de inspecteur een informatiebeschikking omdat er onvolkomenheden in de administratie zijn ontdekt in de jaren 2009 tot en met 2011. Aan de hand van theoretische omzetberekeningen worden vervolgens over die jaren de in geschil zijnde navorderingsaanslagen ib/pvv en naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd met vergrijpboetes. Daarbij past de inspecteur omkering en verzwaring van de bewijslast toe.

Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden maakt de inspecteur aannemelijk dat X niet de vereiste aangiften heeft gedaan. De administratie van X vertoont zoveel gebreken dat deze niet bruikbaar is om de omzetten te berekenen. Volgt omkering van de bewijslast. De inspecteur heeft op basis van de in de administratie wel aanwezige gegevens, verklaringen van X en gegevens van het CBR, theoretische omzetberekeningen over de betreffende jaren gemaakt. Die zijn gebaseerd op redelijke schattingen. X slaagt er niet in het verzwaarde (tegen)bewijs te leveren dat de geschatte omzetten, zoals bij uitspraken op bezwaar vastgesteld, lager zijn. Het hof vermindert de door de inspecteur in de bezwaarfase verminderde boetes met 5% vanwege overschrijding van de redelijke termijn in de hogerberoepsfase. In die zin is het hoger beroep van X gegrond.

Lees ook het thema Informatiebeschikking: stand van zaken

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 3 augustus

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen