Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X recht heeft op € 9 belastingrente en dat voorzover een hogere rente wordt bepleit eerst een beschikking op grond van art. 28c Inv. 1990 moet worden vastgesteld.

X voldoet op aangifte BPM voor de registratie van een Ford Kuga 2.0 TDI. Bij uitspraak op bezwaar is de BPM verminderd met € 379 en is een bezwaarkostenvergoeding van € 492 toegekend. Partijen gaan er vanuit dat tevens een rentebeschikking (art. 30ha AWR) van nihil is genomen en dat hiertegen rechtstreeks beroep mogelijk is.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X recht heeft op € 9 belastingrente en dat voorzover een hogere rente worden bepleit eerst een beschikking op grond van art. 28c Inv. 1990 moet worden vastgesteld. Vanwege het overschrijden van de redelijke termijn heeft X recht op een immateriële schadevergoeding van € 1500. Het beroep van X is gegrond. Er moet rente worden vergoed over het griffierecht, de immateriële schadevergoeding en de proceskostenvergoeding als deze niet binnen vier weken na de uitspraak zijn uitbetaald.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Invorderingswet 1990 28c

Algemene wet inzake rijksbelastingen 30ha

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Invordering

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 4 september

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen