Rechtbank Rotterdam oordeelt dat bij de berekening van de betalingscapaciteit terecht de wettelijke normbedragen zijn gehanteerd. Echter, de Afdeling van de Raad van State houdt zich vast aan een systeemwerkelijkheid die niet aansluit bij een redelijke uitvoering en de gewenste menselijke maat.

Belanghebbende heeft voor meerdere jaren voorschotten op diverse toeslagen ontvangen, welke zij moet terugbetalen. Hiertoe is een persoonlijke betalingsregeling getroffen waarbij zij maandelijks € 606 moet voldoen. Naar aanleiding van haar bezwaar is er een nieuwe berekening van de betalingscapaciteit gemaakt, waarbij het bedrag van € 606 is gehandhaafd. In geschil is of de maandelijks betalingscapaciteit van belanghebbende juist is vastgesteld.

De rechtbank oordeelt dat bij de berekening van de betalingscapaciteit terecht de wettelijke normbedragen zijn gehanteerd. Bij de formele berekening kan geen rekening worden gehouden met alle feitelijke uitgaven en schulden. Deze werkwijze is ook geaccepteerd door de Afdeling van de Raad van State. Echter, de Afdeling houdt zich vast aan een systeemwerkelijkheid die niet aansluit bij een redelijke uitvoering en de gewenste menselijke maat. Het systeem kan leiden tot terugbetalingsregelingen van niet reële bedragen per maand, zoals in dit geval. Het beroep van belanghebbende is gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet

Instantie: Rechtbank Rotterdam

Editie: 2 december

Carrousel: Carrousel

19

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen