Hof Amsterdam oordeelt in verzet dat het hoger beroep van X Ltd. terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Een ten tijde van het instellen van hoger beroep naar Brits recht ontbonden rechtspersoon kan volgens het hof geen hoger beroep instellen, nu die ontbinding niet door herinschrijving ongedaan is gemaakt en evenmin aannemelijk is geworden dat dit alsnog zal gebeuren. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

X Ltd. komt in januari 2016 in hoger beroep tegen een uitspraak van Rechtbank Noord-Holland. Hof Amsterdam verklaart het hoger beroep na een vereenvoudigde behandeling niet-ontvankelijk, omdat X Ltd. door haar ontbinding op 18 februari 2014 heeft opgehouden te bestaan. Een rechtspersoon die heeft opgehouden te bestaan, kan geen rechtshandelingen meer verrichten, zoals het instellen van hoger beroep. Anders dan in art. 2:19 BW voorziet het Britse recht niet in het voortbestaan van een ontbonden rechtspersoon, voor zover dit tot vereffening van zijn vermogen nodig is.

Hof Amsterdam (V-N 2020/5.1.7) oordeelt in verzet dat het hoger beroep van X Ltd. terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Een ten tijde van het instellen van hoger beroep naar Brits recht ontbonden rechtspersoon kan volgens het hof geen hoger beroep instellen, nu die ontbinding niet door herinschrijving ongedaan is gemaakt en evenmin aannemelijk is geworden dat dit alsnog zal gebeuren. Het verzet van X Ltd. is ongegrond. X gaat in cassatie, maar legt geen toereikende volmacht over. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Burgerlijk Wetboek Boek 2 2:19

Algemene wet bestuursrecht 8:70

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hoge Raad

Editie: 2 december

26

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen