Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur geen ambtelijk verzuim heeft begaan. In het in 2015 gestarte onderzoek lag de focus voornamelijk op de aangiften met het beconnummer van de gemachtigde.

X voert in haar IB-aangifte 2015 van 20 april 2016 een aftrek wegens zorgkosten op. De aanslag wordt op 16 december 2016 conform de aangifte opgelegd. In verband met een in 2015 gestart onderzoek naar het aangiftegedrag van de gemachtigde van X stelt de inspecteur in 2018 vragen aan X over de aftrek van de zorgkosten. De inspecteur legt vervolgens met dagtekening 9 november 2019 een IB-navorderingsaanslag 2015 op aan X, waarin de aftrek specifieke zorgkosten wordt geschrapt. Volgens X is er sprake van een ambtelijk verzuim, omdat al in 2016 - 2017 vervolgacties tegen de gemachtigde waren ondernomen.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur geen ambtelijk verzuim heeft begaan. In het in 2015 gestarte onderzoek lag de focus voornamelijk op de aangiften met het beconnummer van de gemachtigde. Nu X op haar papieren aangifte het beconnummer niet had vermeld, bleven haar aangiften in eerste instantie buiten schot. De inspecteur kon niet weten dat de gemachtigde was betrokken bij het indienen van de IB-aangifte 2015 van X. Pas toen X het beconnummer van de gemachtigde in de IB-aangifte 2016 vermeldde, kon de inspecteur de koppeling met de gemachtigde maken. De inspecteur hoefde dan ook niet te wachten met het opleggen van de IB-aanslag 2015 tot hij over de uitkomst van het onderzoek beschikte. De inspecteur kan navorderen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 7 augustus

Informatiesoort: VN Vandaag

54

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen