X is slechtziend en lijdt aan astma. Op doktersadvies schaft hij in 2012 een bril met speciale glazen aan voor € 800. In 2014 koopt hij een iPad met spraakfunctie. Als hij in zijn aangiften IB 2012, 2013 en 2014 de afschrijvingen op deze kosten aftrekt als specifieke zorgkosten, weigert de inspecteur de aftrekposten. X gaat in beroep. Uit een door X overgelegde schriftelijke verklaring van zijn oogarts blijkt dat de geelfilter glazen in de bril dienen om zijn ogen te beschermen tegen blauw licht zodat verdere achteruitgang in het functioneren van zijn ogen wordt vertraagd. Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de bril kwalificeert als een ‘ander hulpmiddel’, de Ipad met spraakfunctie niet. Enkel de kosten van de bril zijn aftrekbaar. De inspecteur gaat in hoger beroep.
Hof Amsterdam oordeelt dat de rechtbank op goede gronden heeft beslist dat de voor de aanschaf van de iPad opgevoerde kosten niet aftrekbaar zijn. Verder is het hof het eens met de inspecteur dat de rechtbank bij de aftrek van kosten ten onrechte geen rekening heeft gehouden met de voor de uitgaven van speciale zorgkosten in aanmerking te nemen drempel. De samengevoegde geclaimde zorgkosten van X en zijn echtgenote overstijgen de door de inspecteur berekende drempelbedragen niet. Het hof hoeft daarom de vraag of de aanschafkosten van de bril aftrekbaar zijn als specifieke zorgkosten niet meer te beantwoorden. Het hof verklaart het hoger beroep van de inspecteur gegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.20
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17