Belanghebbende, X, dient op 22 juli 2015 de aangifte IB/PVV 2013 in. Op 11 april 2018 en 4 april 2018 legt de inspecteur navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw 2013 op. In geschil is onder andere de vraag of verweerder terecht en tot het juiste bedrag deze aanslagen heeft opgelegd.
De rechtbank oordeelt dat zonder een nieuw feit kan worden nagevorderd als sprake is van een zogenaamde kenbare fout. In casu is geen sprake van een verwijtbaar onjuist inzicht van de inspecteur in de feiten of het recht, wel is sprake van een fout door het niet bewaken van de termijnen voor het opleggen van de definitieve aanslagen. Omdat geen aanslag is opgelegd heeft X niet in één oogopslag kunnen zien dat de inspecteur een fout had gemaakt. Dit betekent dat de fout X niet kenbaar is geweest en de inspecteur geen navorderingsaanslagen had mogen opleggen. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Wet inkomstenbelasting 2001 3.15
Wet inkomstenbelasting 2001 3.92b
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 15 juni