Voor de Belastingdienst zijn er ten opzichte van het reguliere regime voor de dwangsom bij niet tijdig beslissen door de overheid alleen verschillen met de algemene regeling uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb) op het terrein van toeslagen. Dat schrijft minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in antwoord op Kamervragen.

De voor toeslagen geldende afwijkende dwangsomregeling is vooral ingegeven door argumenten van uitvoerbaarheid en het beperken van het financiële risico voor de overheid. De minister ziet geen aanleiding het beleid aan te passen. De afwijkende dwangsomregeling geldt sinds 1 januari 2013. De regeling houdt bijvoorbeeld in dat de dwangsomregeling van de Awb uitsluitend geldt voor definitieve beschikkingen en voor beslissingen op bezwaarschriften hiertegen.

Uit een in 2013 gehouden evaluatie van de dwangsom bij niet tijdig beslissen blijkt dat van dit instrument een preventieve werking uitgaat, omdat dwangsommen de termijnoverschrijdingen duidelijk zichtbaar en kwantificeerbaar maken.

De Kamervragen zijn gesteld door de leden Van Nispen, Leijten en Jasper van Dijk (allen SP).

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 4:17

Algemene wet inzake rijksbelastingen 12

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Regelgevende instantie: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Editie: 4 mei

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen