Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de verhoging van de forensenbelasting in 2020 door de gemeente Gulpen-Wittem niet de schoonheidsprijs verdient. De verhoging is echter wel toegestaan, omdat deze mede gebaseerd is op het feit dat forensen ook gemeentelijke voorzieningen gebruiken.

De gemeente Gulpen-Wittem besluit om in 2020 de forensenbelasting flink te verhogen. Uit de raadstukken blijkt dat deze verhoging voornamelijk als doel heeft het reguleren van de woningmarkt. Daarnaast maken forensen ook gebruik van gemeentelijke voorzieningen. De gemeenteraad constateert dat de forensenbelasting jarenlang gelijk is gebleven, dat er steeds meer forensen zijn en dat beleggers panden opkopen voor de verhuur. Starters hebben hierdoor minder kansen op de woningmarkt. Om dit te reguleren middels een verhoging van de forensenbelasting adviseert de wethouder om onderzoek te doen naar de effecten daarvan. De gemeenteraad wacht de resultaten van het onderzoek niet af en besluit tot verhoging van de forensenbelasting in 2020. De gemeente verhoogt het vaste bedrag van € 129 naar € 280 en het variabele tarief van 0,23% naar 0,56% van de WOZ-waarde. X krijgt daardoor in een aanslag van € 2.301,60 in 2020.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de verhoging van de forensenbelasting niet de schoonheidsprijs verdient. Het hof mag zich echter niet mengen in deze politieke keuze. De gemeente heeft immers van de wetgever een ruime vrijheid gekregen voor het vaststellen van haar tarieven. Omdat de verhoging ook is gebaseerd op het gebruik van de gemeentelijke voorzieningen, is de verhoging toegestaan. Dit was anders als de overweging slechts was gebaseerd op regulering van de woningmarkt. Daarnaast mag de gemeente heffen naar een vast bedrag én een variabel bedrag. De aanslag blijft in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 239

Gemeentewet 223

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Editie: 17 oktober

Informatiesoort: VN Vandaag

349

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen