Rechtbank Gelderland oordeelt dat het de gemeente vrij stond om de tarieven voor de leges in de eerste wijzigingsverordening aan te passen. De heffingsambtenaar heeft echter niet voldaan aan de bewijslast in het kader van de kostendekkingsnorm.

X vraagt een omgevingsvergunning aan voor het vergroten van een kassencomplex. De heffingsambtenaar legt een nota leges op. X komt in beroep.

Rechtbank Gelderland constateert dat de gemeenteraad de Legesverordening 2018 in de loop van het belastingjaar met terugwerkende kracht heeft gewijzigd. Omdat er meer aanvragen binnen kwamen dan geraamd, is het tarief op onderdelen verlaagd via de eerste wijzigingsverordening. De rechtbank oordeelt dat de Legesverordening 2018 niet in strijd is met de opbrengstlimiet. Ten tijde van de uitspraak op bezwaar was de Legesverordening 2018, eerste wijziging, van toepassing. De heffingsambtenaar heeft verzuimd inzicht te verschaffen over de vraag of de geraamde opbrengsten de lasten niet overstegen ten tijde van de vaststelling van de Legesverordening 2018, eerste wijziging. Het beroep is gegrond, de heffingsambtenaar moet binnen drie maanden opnieuw op het bezwaar beslissen. Daarbij moet hij alsnog inzicht verschaffen over de vraag of de Legesverordening 2018, eerste wijziging, met bijbehorende tarieventabel voldoet aan de opbrengstlimiet.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229b

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 12 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen