X is eigenaar van een woning in de gemeente Amsterdam. De heffingsambtenaar verlaagt in bezwaar de WOZ-waarde 2018 van € 1.279.000 naar € 1.108.000. Rechtbank Amsterdam schaart zich achter deze verlaagde waarde, maar verhoogt wel de door de heffingsambtenaar toegekende bezwaarkostenvergoeding.
Hof Amsterdam volgt het oordeel van de rechtbank over de WOZ-waarde van de woning van X. Dat X een woning heeft genoemd die (ook) goed vergelijkbaar is met zijn woning betekent nog niet dat de referentiewoningen van de gemeente niet representatief zijn. De heffingsambtenaar heeft de erfpachtcorrecties voor de referentiewoningen op de juiste wijze berekend. De aanbevelingen uit een onderzoeksrapport van Ortec hebben nog geen invloed op de huidige waardebepaling. Het hof stelt de heffingsambtenaar in het gelijk voor wat betreft de WOZ-waardering. X krijgt wel gelijk op een formeel punt omdat de rechtbank ten onrechte geen proceskostenvergoeding heeft toegekend voor het indienen van schriftelijke inlichtingen door X.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:75
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 8 oktober