De Hoge Raad heeft in dit geding op 16 november 2018 arrest gewezen. Daarbij is de uitspraak van het hof vernietigd, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht en de proceskosten. De overwegingen van de Hoge Raad die tot deze vernietiging hebben geleid, hebben uitsluitend betrekking op de verliesvaststellingsbeschikking 2011. De beslissingen van het hof inzake de verliesherzieningsbeschikking 2011, de verliesvaststellingsbeschikking 2012 en het uitblijven van een dwangsombeschikking betreffende het bezwaar tegen de voor het jaar 2012 gegeven verliesvaststellingsbeschikking werden in cassatie niet dan wel niet met succes bestreden. In zoverre heeft de Hoge Raad volgens X de uitspraak van het hof ten onrechte vernietigd. X verzoekt om verbetering van het dictum.
De Hoge Raad komt X tegemoet en verbetert de fout in het eerder gewezen arrest. Herstel van deze fout brengt mee dat in het dictum van het betreffende arrest de zinsnede “vernietigt de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht en de proceskosten,” wordt vervangen door: “vernietigt de uitspraak van het Hof, doch uitsluitend voor zover het betreft de beslissing met betrekking tot het beroep inzake de voor het jaar 2011 gegeven beschikking als bedoeld in artikel 3.151 lid 1 Wet IB 2001 (de verliesvaststellingsbeschikking 2011),”.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:70
Wet inkomstenbelasting 2001 3.151
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting
Instantie: Hoge Raad
Editie: 21 januari