Hof Amsterdam beslist dat X een hoger bedrag aan aftrekbare scholingskosten, dan het bedrag dat de inspecteur heeft geaccepteerd, niet aannemelijk heeft gemaakt.

X volgt in het jaar 2011 de lerarenopleiding Nederlands bij Windesheim in Zwolle. Zij heeft dat jaar geen recht op studiefinanciering. X brengt in haar aangifte ib/pvv een bedrag van € 5343 aan scholingsuitgaven in aftrek. De inspecteur verzoekt X om nadere informatie over de scholingsuitgaven. X overlegt een bankafschrift, boekenlijst, een vakkenoverzicht, bonnen en kwitanties. De inspecteur wijkt vervolgens, bij het vaststellen van de definitieve aanslag, af van de aangifte. Geaccepteerd wordt een bedrag aan aftrekbare scholingsuitgaven van € 1769. Het beroep van X wordt ongegrond verklaard. X komt in hoger beroep.

Hof Amsterdam beslist, in navolging van de rechtbank, dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij recht heeft op een hoger bedrag aan aftrekbare scholingskosten dan het door de inspecteur geaccepteerde bedrag. X heeft ook in hoger beroep geen stukken overgelegd ter onderbouwing van de door haar geclaimde scholingsuitgaven. Het hoger beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.27

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 3 april

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen