Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar het kantoorpand dat door de eigenaar in delen is verhuurd aan verschillende huurders terecht heeft afgebakend als één WOZ-object.

Belanghebbende, X, is een stichting die eigenaar is van een kantoorgebouw bestaande uit vier verdiepingen. X verhuurt delen aan vijf verschillende huurders. In geschil is of de heffingsambtenaar het pand terecht heeft afgebakend als één WOZ-object. X stelt dat er sprake is van vier WOZ-objecten.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar het kantoorpand dat door X in delen is verhuurd aan verschillende huurders terecht heeft afgebakend als één WOZ-object. De verhuurde delen kunnen niet als zelfstandige WOZ-objecten worden aangemerkt. Nu geen enkel gedeelte beschikt over zowel een toiletruimte als een pantry binnen het afsluitbare gedeelte, kan niet worden gezegd dat enig gedeelte blijkens zijn indeling is bestemd om als een afzonderlijk geheel te worden gebruikt. Dat een toiletruimte of pantry, al dan niet afzonderlijk afsluitbaar, via de gemeenschappelijke ruimte is te bereiken, is daarvoor onvoldoende. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 29 maart

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen