Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de raadgevende activiteiten van X geen bron van inkomen vormen. Volgens het hof kan objectief gezien geen voordeel worden verwacht van de activiteiten van X.

X woont in Oostenrijk en bezit expertise op het vlak van de weerstand van kerncentrales tegen ongevallen. In 2012 schrijft hij zijn onderneming (raadgevend bureau) in Nederland in. In Nederland beschikt hij over een (box 3-)woning. De resultaten van zijn raadgevende activiteiten bedragen in de periode 2006 - 2018 negatief. In geschil is of het resultaat voor het jaar 2013 (negatief € 8000) is aan te merken als winst uit onderneming. Volgens de inspecteur is er geen bron van inkomen.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de raadgevende activiteiten van X geen bron van inkomen vormen. Volgens het hof kan objectief gezien geen voordeel worden verwacht van de activiteiten van X. Het hof overweegt daarbij dat de activiteiten noch in 2013 noch in de jaren 2006 - 2018 (per saldo) hebben geleid tot een positieve opbrengst. Ten overvloede merkt het hof nog op dat X in Nederland niet beschikt over een vaste inrichting. Het feitelijk gebruik van de Nederlandse woning bevat onvoldoende kenmerken van een vaste bedrijfsinrichting waarin de werkzaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk worden uitgeoefend. De woning vormt verder ook geen noodzakelijke basis (fixed base) van waaruit de raadgevende activiteiten worden geëntameerd noch is aanwezigheid van X in de woning noodzakelijk voor de bedrijfsuitoefening. De woning kan organisatorisch niet als een zelfstandig geheel aangemerkt worden. Het gelijk is aan de inspecteur.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.2

Wet inkomstenbelasting 2001 3.1

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 27 april

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen