Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X nv ten tijde van het opleggen van de belastingaanslagen en de informatiebeschikkingen naar Curaçaos recht was opgehouden te bestaan. De vereffenaar heeft namelijk op 31 juli 2015 aan de vereiste mededelingsplicht, die uit het Curaçaose recht voortvloeit, voldaan.

Belanghebbende, X nv, is in 2010 opgericht naar het recht van Curaçao. Zij maakt deel uit van een groep van vennootschappen die zich gezamenlijk bezighield met de exploitatie van een tweetal internetcasino’s. In 2014 zijn die activiteiten verkocht aan een Zweedse partij. X nv was laatstelijk gevestigd op Curaçao en is in 2015 in liquidatie getreden. C bv was de bestuurder van X bv. A nv is als vereffenaar benoemd. Begin 2016 deelt de inspecteur aan A nv mee dat hij voornemens is om aangiftebiljetten voor de VPB, de OB, de KSB en de dividendbelasting uit te reiken, omdat X nv volgens hem belastingplichtig is in Nederland. De inspecteur verzoekt om informatie te verstrekken. Zowel C bv als A nv geven de inspecteur te kennen dat zij niet aan het verzoek kunnen voldoen. De inspecteur legt vervolgens eind 2016 negen belastingaanslagen op aan X nv. Op 27 februari 2017 stelt de inspecteur informatiebeschikkingen vast. In geschil is of X nv is opgehouden te bestaan, en of de inspecteur de informatiebeschikkingen aan de juiste rechtspersoon heeft opgelegd. Rechtbank Gelderland oordeelt dat X nv is opgehouden te bestaan. De rechtbank vernietigt vervolgens de informatiebeschikkingen, omdat aan een niet bestaande rechtspersoon geen informatiebeschikking kan worden opgelegd. In hoger beroep is in geschil of X nv naar Curaçaos recht is opgehouden te bestaan en of de informatiebeschikkingen moeten worden vernietigd.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X nv ten tijde van het opleggen van de belastingaanslagen (op 24 oktober 2016) en de informatiebeschikkingen (op 27 februari 2017) naar Curaçaos recht was opgehouden te bestaan. De vereffenaar heeft namelijk op 31 juli 2015 aan de vereiste mededelingsplicht, die uit het Curaçaose recht voortvloeit, voldaan. Vervolgens merkt het hof op dat de inspecteur de bezwaren tegen de informatiebeschikkingen ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard en dat de informatiebeschikkingen vernietigd moeten worden. Het hof overweegt daarbij dat X nv niet meer bestaat en dus ook niet aan de verplichting tot informatieverstrekking kan voldoen.

Lees ook het thema Informatiebeschikking: stand van zaken

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 4 december

Uitsluiting Nieuwsbrief: Uitsluiting Nieuwsbrief

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen